archief
evameijer.nl

 

 

 

31 maart

In de bomen vergaderen kauwen, tussen de zwarte takken op de grond zoeken veldmuizen eten

Schemering 1

Schemering 2

 

 

30 maart

Richting Ditchling Beacon

Ik liep het bos in, de berg op, door een stroompje water dat net niet boven mijn zolen uitkwam (ik droeg schoenen met dikke zolen, geen wandelschoenen).

 

 

30 maart

Uitzicht vanaf Ditchling Recreation Ground



 

30 maart

De weg naar Stoneywish



Er stonden ook schapen, van hen heb ik helaas geen foto.


Kijk, daar loop ik.

 

 

30 maart

Het verloop

Vandaag bezocht ik het huis van Howard en een aantal buren. Ik kwam erachter dat ze haar huis nagelaten heeft aan het Sussex Wildlife Trust om er een vogelopvang van te maken. Zij hebben het echter verkocht aan iemand die de bomen eruit gebulldozerd heeft en het geld is verdwenen (huizen in Ditchling zijn zeer duur, de goedkoopste zijn nu 1,2 miljoen, vertelde mijn gastheer hier). Ze ligt in een anoniem graf op de begraafplaats, ik heb er gewoon maar een uitgekozen om een bloem op te leggen. De mensen die nu in haar huis wonen (een gepensioneerde econoom met een Thaise vrouw en een te dikke labrador) proberen weer vogels in de tuin te krijgen en bewaren haar archiefje in een map (ze hebben ook een heel lelijke uitbouw aan het huis gemaakt). Het bestaat uit ongeveer twintig documenten, waaronder een paar folders voor een bijeenkomst met een helderziende, een onverwachte draai. Ik sprak ook iemand die haar als kind kende (een oude man die een natuurgebiedje uitbaat, Stoneywish, dat eigenlijk een heel grote kinderboerderij is waar ook een museumpje voor Rowland Emett gevestigd is). Hij zag haar door de velden om de boerderij van zijn vader lopen met vogels op haar schouders en hoofd. Iemand anders heeft een broertje dat wel eens met zijn oma mee is geweest naar haar huis, maar hij mocht daar niet naar binnen. Er zijn meer verhalen, mijn tijd was beperkt. Ik ben nog even de bergen in gelopen. Op de velden stonden paarden, tegen de boom naast de stronk waar ik op ging zitten tikte een bonte specht.

 

 

29 maart

Bird Cottage

Ik ben momenteel in Ditchling, in Sussex (tussen Londen en Brighton) om het huis te bezoeken waar Len Howard woonde. Mijn nieuwe roman is een fictieve biografie van Howard.


Dit is het bordje dat bij haar oude huis hangt (Howard is in 1973 overleden). Ik verblijf in een hut aan de overkant van de weg van waar zij woonde, een tamelijk sprookjesachtige plek.

's Middags bezocht ik het lokale museum van Art and Craft (heel mooi vormgegeven, met een vreemd-koddige collectie met werk van lokale kunstenaars), waar ze het archief van Howard niet wilden hebben omdat het niet in hun collectie past (het zou goed passen).
's Avonds regende het keihard terwijl ik bij kaarslicht schreef en de houtkachel brandde.

 

Links het bed, rechts het tafereeltje toen het regende. Ik dronk rabarberthee. Vroeger was ik dol op rabarder, ik denk dat ik het al ongeveer twintig jaar niet gegeten heb. Buiten blaften de vossen.

 

 

29 maart

Ditchling

 

 

28 maart

Wat vandaag bewoog II

Een bos, vier honden, een jij en een ik.

 

 

27 maart

Wat vandaag bewoog

Zondag is dikkehondendag. Paaszondag is nogmeerdikkehondendag. Heel zielig is dat: in het park lopen allerlei honden die we anders nooit zien en aan wie te zien is dat ze ook niet toevallig altijd op een ander tijdstip lopen dan wij. Verder kwamen we vanochtend vroeg de megaherder tegen van de junken uit de straat hierachter, die bekend staat als vals, maar met wie Olli een dolletje maakte. Net kwamen we de lieve zwarte labrador tegen die altijd meegesleurd wordt door een jongen die op zijn telefoon bezig is. Dat is zo naar: die hond mag niet snuffelen en niet met andere honden praten, en heeft dus in haar leven helemaal geen kans om de dingen te doen die honden leuk vinden. Ik heb die jongen, of man, hij zal niet veel jonger zijn dan ik, er al een paar keer op aangesproken, maar woorden glijden van hem af. Hij heeft alleen oog voor het machientje in zijn handen.
Naast de ontmoetingen met de honden hebben we vanochtend in het Amsterdamse Bos een worm of twintig van het pad gered (waaronder een paar halve). Ze stranden daar en drogen uit, of worden overlopen door mensenvoeten. Ook speelt het verdwenen uur me parten: ik heb al de hele dag het gevoel dat ik achter de tijd aan loop. Wel kan ik vanavond zonder schuldgevoel lekker vroeg naar bed.
Tijdens het hardlopen ging de lucht van fel blauw naar donkergrijs en het licht bewoog mee, werd vreemd helder en daarna mat. Ik zag regenbogen.

 

 

26 maart

 

 

26 maart

Over het nut van nut

De VVD wil nutteloze studies verbieden. VNO-NCW is het daarmee eens. Het punt is (los van de vraag wat nut heeft en hoe je nut meet) natuurlijk dat het hele leven nutteloos is, en dat ga je niet oplossen door nutteloze studies te verbieden. Sterker nog, er is iets voor te zeggen om ze juist te stimuleren. Ik weet niet of nutteloze studies beter op het leven voorbereiden dan nuttige (en dus eigenlijk nuttiger zijn) - daar zou iemand eens een studie naar moeten doen.

 

 

25 maart

Tita en Vera op de bank

 

 

24 maart

De eerste uren

Soms heb ik er om halfacht al een hele werkdag op zitten. Ik werd vroeg wakker van een harde nies van Olli en las na de wandeling, bij de ochtendkoffie, onder begeleiding van Ys van Joanna Newson, eerst Bachtin, een leuke anarchistisch-fenomenologische Rus. Daarna las ik een artikel over een onderzoek dat laat zien dat mieren zichzelf in de spiegel herkennen (adelaarsroggen kunnen dat ook). De duiven kwamen de tuin in voor hun ontbijt, kauwtjes kwamen op de vetbollen zitten. Amsterdam krijgt het eerste verzonken vrouwenurinoir van de wereld. Een collega schreef me: 'Kreeg jij ook een mail van een mevrouw uit Bussum die telepathisch contact heeft met haar kat?' Een andere collega schreef me dat ze in de VS allemaal erg meeleven met wat er in Brussel is gebeurd. Ondertussen heb ik ontbeten, zo zet ik de muziek uit om aan het manuscript van Het Vogelhuis te werken, de nieuwe roman die aan het eind van de lente zal verschijnen. Al die woorden, en toch zijn ze nooit helemaal voldoende.

 

 

23 maart

En hier is alweer column vijf

Op piepvandaag, over structuren.

En een zonnehond.

 

 

22 maart

Dieren hebben ook een cultuur, een beschaving

Maxim Februari over de blik van Pika en Dierentalen.

 

 

21 maart

Trouw

Er staat vandaag een interview in Trouw over Dierentalen (en dierenrechten), met als bonus een foto met een glansrol voor Olli en Putih. Het is ook online te lezen.

 

 

20 maart

Nachtevening

‘Ze hebben de dagen en nachten op maat gezaagd en gezorgd dat alles nu precies even lang is en volmaakt op elkaar aansluit, zodat alle dag- en nachtdieren evenveel tijd hebben en niemand meer wat te klagen.’

 

 

19 maart

Of vergeten verliezen is II

 

 

18 maart

Vermoeidheid beschrijven als

Warmte, een dichte deken. Een opening naar een andere wereld. Slaap. Een voelend lichaam. Zwaartekracht. Je had dit en nu heb je dat, nee, het heeft jou. Iets zacht tollends. Iets sterkers. Een schuldgevoel: een had ik maar. Een glas wijn. Een weg en een route. Soep. Iets wat draagt, iets wat tegenhoudt. Vol oranjegeel, oker, orgasme. Toebehoren. Een zak met zand, schuivend, wiegend. Een paard, een schommelende koets. Adem. Ruis. Een vacht, huid, diep water in de verte, laagte.

 

 

17 maart

Huisdieren

Hier is alweer de vierde Dierentalencolumn. En hier is een soort recensie te lezen over het boek. Ook staat er een groot stuk in De Groene Amsterdammer over dierenrechten, waarin ook Dierentalen besproken wordt.

 

 

16 maart

Bureauredactie

De roman gaat (o.a.) over vogels.

 

 

15 maart

Geen ei is beter dan een ei

Tips voor een eivrij Pasen zijn hier te vinden.

 

 

14 maart

Wezens uit een andere wereld

Op een Pools strand is door een storm een meter zand weggeslagen waardoor een clubje drieduizend jaar oude boomstronken bloot zijn komen te liggen. Ik kijk nu al een paar dagen af en toe naar het filmpje, misschien omdat je er de tijd in kunt zien, of omdat de stronken zo verdwaald en verbaasd lijken.

 

 

13 maart

Nestje

Je kunt het niet zo goed zien op de foto maar het was echt een erg mooi nestje, met veertjes, takjes en mos, en aan de onderkant rode touwtjes.

 

 

12 maart

De dingen van de dag

Met het Boekenbal nog in de benen vertrok ik vandaag naar Utrecht, waar ik werd geïnterviewd bij Spijkers met koppen. Je kunt het hier terugluisteren, ik was de eerste gast (na ongeveer vier minuten). Ook bakte ik een bananenbrood, dat best goed lukte. Het recept kun je hier vinden. En de zon scheen zo vandaag, en de kou viel samen met warmte.

 

 

11 maart

A different kind of longing

 

 

11 maart

Dierenlinks

Gisteren was ik te gast bij Radio West, je kunt de uitzending hier terugluisteren.
De nieuwe column over dierentalen is te lezen op piepvandaag, en wel hier.
Maarten Slagboom schreef een stuk over dieren in de kunst, dat de moeite van het lezen waard is. Hier.

 

 

10 maart

Of vergeten verliezen is

De tram bracht me langs een van mijn oude huizen. Ik was lang genoeg (zeker meer dan tien jaar) niet in die straat geweest om hem als een vreemde te kunnen zien - om de huizen en de lantaarnpalen en de winkels en de snackbar te kunnen zien, in plaats van ze als gewoon, als achtergrond, te beschouwen. (Een lelijke straat, tegen het louche aan; gelijk gebleven op wat nagel- en beautysalons na.) De winkelstraat even verderop was vreemd genoeg wel bekend, en ook helderder.
Toen ik eerder uit het station liep dacht ik de zee te ruiken. Ik had geen tijd om erheen te gaan, en eigenlijk is dat raar, dat tijd zo rekbaar is, en dan toch ineens zo rigide vasthoudt aan de lengte van uren.

 

 

9 maart

Ergens

Ik wacht op een trein. Ergens op het perron loeit een kind - het is geen roepen, deze aangehouden oe, het is bestaansrecht aangeven. Hoewel ik in normaal tempo werk lonkt mijn bed deze week meer dan anders. Maar de vermoeidheid komt met ontspanning en ik klaag niet. Ik wacht dus op een trein, denk aan mijn bed, en denk aan mijn medewachters. Ze zijn best met veel en zien eruit alsof ze terugkomen van een reis (ik sta op het perron van Schiphol) of op weg zijn naar hun werk. Sommigen lijken tevreden. Het zijn levens die betekenisloos voor me zullen blijven, hoewel ik een meisje in de verte denk te herkennen. Ik denk wel vaker mensen te herkennen. Dat is het gevolg van veel mensen ontmoeten.
De dag balanceert tussen enthousiast aankondigen van lente en vasthouden aan een winter die nooit echt doorgebroken is. Misschien volgend jaar, winter. In Canada stelde de kou me gerust. Ik word liever vastgehouden door kou dan door warmte.
De trein is aangekomen en neemt me mee. Ik ben op weg naar Den Haag en deze route is normaal voor me, ik hoef er niet bij na te denken, mijn voeten kennen de weg. Vroeger maakte ik deze reis iedere week meerdere keren, vaak met een hond, heen en terug, zij kende hem ook, wist precies wanneer we er bijna waren.

 

 

8 maart

Afstand is geen ruimte

In jouw huis zijn zonder jou: met een klok die ergens tikt, de honden op hun bank, de piano en de bladmuziek, alle foto's en tekeningen, jouw uitzicht (nu vliegen er meeuwen voor het raam langs; een met iets te eten, de rest van plan dat af te pakken), het geluid van de verbouwening beneden, het licht dat op de tafel valt en schaduwen van bloemen maakt, en iets dat tussen jouw aanwezigheid en afwezigheid hangt, misschien nog het meest zoals dat in dromen gaat.

 

 

7 maart

De vogel en ik

 

 

7 maart

Hôtel Parc Suites

 

 

6 maart

Mont Royal

Ik wandelde van het hotel naar de berg en van de berg naar het museum. De berg viel een beetje tegen (vooral omdat ik er niet goed bij kon komen, er stonden allerlei gebouwen tussen), het museum (van moderne kunst) was prachtig. Klein, wat eigenlijk alleen maar goed is omdat je dan beter kijkt en meer tijd hebt en aandacht, en ik heb heel veel goed werk gezien. Ik had mijn tas in de garderobe en heb dus helemaal geen aantekeningen gemaakt; jullie zullen zelf moeten gaan als je wil weten wat er precies te zien is (o.a. een mooi overzicht van Ragnar Kjartansson). Ik had mijn horloge niet bij me (ik heb ook geen horloge) en wist niet hoe laat het was, dus ik was daar alleen, los in de ruimte. Er was genoeg te zien dat me ontroerde; misschien was dat deels ook de vermoeidheid, maar ik heb dit al lang niet meegemaakt, zo samenvallen met wat er te zien is.

 

 

6 maart

Wachten

 

 

 

6 maart

Communicatie

De honden blaffen hier anders, rauwer, of misschien zijn dat alleen de honden bij het hotel. In de boom voor het balkon klimmen eekhoorns.

 

 

5 maart

Mensendieren

De conferentie was heel intens, in de zin van geconcentreerd, en hoewel ik me soms ineens afvroeg waar ik was kon ik ondanks het slaapgebrek en de resten van de reis in mijn lichaam goed meedoen en genoeg grapjes maken. Iedereen deed goed mee, en na afloop zei een van de meer ervaren collega's dat hij het de meest constructieve conferentie vond die hij ooit had meegemaakt. Hij vertelde ook over het blog philosodogs, waarop filosofen over hun honden worden geïnterviewd. Tijdens het diner vroeg een andere collega hem om veganistische moppen, omdat hij stand up comedy had gedaan. Zij kende er maar twee (1. waarom eet een veganist geen kip? er zitten eieren in, en 2. hoeveel veganisten heb je nodig om een lamp te verwisselen? twee, een voor het verwisselen en een om de ingrediënten te lezen - ik was ook gewoon te moe om te lachen) (ze vertelde ook over anarchistische pacifistische veganistische kleine gemeenschappen in Frankrijk, die eind van de negentiende eeuw in zwang raakten en tijdens de Eerste Wereldoorlog weer uiteenvielen, ze liepen daar veel naakt en waren tegen alle vormen van onderdrukking, heel interessant allemaal). Maar terug naar de conferentie. De papers waren van tevoren rondgestuurd, en iedereen had zich goed voorbereid. Er werden geen vragen gesteld die alleen dienden om het ego van de vraagsteller te bekrachtigen (een veelvoorkomend euvel op filosofiebijeenkomsten) en in de loop van de dag tekenden de relevante vragen in het vakgebied zich af. Het is heel mooi als dat gebeurt, dan wordt iedereen een beetje opgetild. Er waren goede bekenden en leuke nieuwe mensen aanwezig. Ook was er een goede lunch, en een goed ontbijt, en tussendoor nog meer eten. De vaste lezers van dit weblog weten hoe ik daarop gesteld ben. Vrijdagavond hadden we Thais gegeten, en zaterdagavond aten we Ethiopisch, in het restaurant onder ons hotel. Dat was fijn, want toen mijn ogen dicht vielen hoefde ik alleen nog de trap op te lopen. 'You can save Habermas,' riep een collega me na toen ik naar de kamer liep. Daar hadden we eerder op de dag lang discussie over gehad. Ik zwaaide naar haar. Ik zie ze allemaal nog wel een keer, hoe of waar is de vraag, maar de meeste mensen kom je in dit vakgebied vanzelf weer tegen.

 

 

5 maart

De ochtend

Omdat ik om halfvier wakker was, maakte ik een vroege wandeling. De kou bleek feller dan verwacht maar wat was het mooi.


 

5 maart

Dat de dagen hier zo lang duren

En dat wakker worden met sneeuw altijd magisch is, ook al lag die sneeuw hier allang al.

 

 

4 maart

Het thema van het hotel is Afrika, wat leidt tot neo-koloniale esthetiek

In de hal valt het nog wel mee. Maar wacht tot je de kamer ziet.

Daarin vind je dit soort tafereeltjes. De kamer is wel groot. Ongeveer net zo groot als mijn huis. Op het bed hier zouden wel zes honden kunnen slapen, en dan passen er ook nog wel zes katten bij.

 

 

4 maart

De buik van de machine

Na de bagagecontrole stapelde ik alle tassenbakjes op die er nog stonden. Mijn uiting van hulpvaardigheid werd niet opgemerkt, maar dat was ook niet nodig.
Halverwege de vertrekhal stonden hoge tafels met stopcontacten. Ik besloot daar te gaan zitten werken. Tegenover me zat een man, hij zou zichzelf misschien een ‘snelle jongen’ noemen. Hij werd door twee andere mannen aangetikt, en belde daarna zijn secretaresse om te klagen dat zij wel een goede stoel in het vliegtuig hadden en hij niet. Naast me zaten twee jongens met uitgebreide kapsels die wachtten om aan boord te gaan van de vlucht naar Tokio. Ik schreef mijn geliefde dat het een sjofele bedoening was en ik schreef wat in mijn dagboek en toen ik opkeek waren ze weg – niet alleen de jongens, ook alle anderen die gewacht hadden op het vliegtuig naar Tokio, en toen miste ik ze toch. Bij de gate zat ik in het rustige stuk, tussen Franssprekende Canadezen, met uitzicht op vliegtuigen en natte sneeuw en twee planten.
In het vliegtuig zat ik naast een Russische vrouw, die steeds in een Russisch boek las. Ik kon er niet achter komen of het een gids van Montréal was of een zelfhulpboek. Het had iets met stijl te maken. Ze sliep steeds kleine stukjes, als een waakzaam dier. Ze leek uiterlijk misschien het meest op een grondeekhoorn. Een meisje had me gevraagd van plek te ruilen omdat ze naast haar moeder wilde zitten, en daardoor had ik de stewardess ingelicht over mijn veganistische maaltijd. Zij was heel aardig en voorkomend de hele tijd, nee, dienstbaar was ze, en ik kan er niet tegen als vrouwen zo doen dus ik voelde me bezwaard maar ik begreep ook dat ik er verder weinig aan kon doen.
In Montréal ging de zon net onder. De taxichauffeur reed als een cowboy langs besneeuwde zandhopen. De kou (het was -18) valt me vooralsnog mee, gelukkig ben ik iemand die beter tegen kou dan tegen warmte kan.

 

 

3 maart

Vriendjes

 

 

2 maart

Dierentalen 2

De tweede column voor piepvandaag staat online, en wel hier.

 

 

1 maart

Vriezen

Op de stoep voor de werkplaats van de reclassering liggen allemaal bevroren plasjes spuug.